Na de opstanding van Christus heeft God de apostel Paulus afgezonderd om het evangelie aan de heidenen te verkondigen.
Hij is uitgezonden om gehoorzaamheid des geloofs voor Zijn Naam (van Christus) te bewerken (Romeinen 1:5).
Dit is de inhoud van het evangelie: “Jezus Christus, Gods Zoon, Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid” (Romeinen 9:5). Het is Gods woord geloven dat zegt: “Want zij hebben ALLEN gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods; en worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is” (Romeinen 3:23-24).
Christus Jezus gelovig aannemen als persoonlijk Verlosser en Zaligmaker en zo om NIET gerechtvaardigd worden door Zijn verlossing.
Wij geboren zondaars, om niet GERECHTVAARDIGD!
Dit is het heerlijk evangelie van Gods genade.
Om niet gerechtvaardigd betekent, dat het voor ons louter GENADE is. Wij konden aan deze rechtvaardigmaking in het geheel niets toedoen of afdoen.
Het is ook pure genade van God, doch deze genade is gegrond op recht. Daarom is het alles zo zeker en zo vast.
Het grote werk der verlossing is uitsluitend GODS werk in Christus Jezus volbracht. Welk een onuitsprekelijk wonder van liefde, dat God uit GENADE Zijn verlossing aanbiedt aan een ieder die GELOOFT.
Door genade staan wij die geloven nu in Christus gerechtvaardigd en heilig voor een heilig God.
Dit is mogelijk, omdat de rechtvaardigheid van Jezus Christus ons wordt aangerekend.
Nogmaals, dit alles om NIET.
Als we dit goed tot ons laten doordringen, als we God geloven op Zijn Woord, kunnen we niet anders dan ons in aanbidding neerbuigen voor zulk een God, voor zulk een Christus.
God gaf ons in Zijn Zoon al de liefde van Zijn hart en schonk ons Zijn rechtvaardigheid.
Hoe zullen we ontvlieden, indien wij op zo grote zaligheid geen acht nemen? (Hebreeën 2:3).
Lezen: Romeinen 1:1-6 en 16-17